Hij omschrijft het als ‘best een moeilijke markt’, en daarmee overdrijft Sander de Regt bepaald niet. Als directeur van ELM en dochteronderneming ETEC weet De Regt als geen ander hoe de hazen lopen in het landschap van de elektrische graafmachines. ELM is immers dealer van Develon, maar via ETEC ook fabrikant van in eigen beheer ontwikkelde elektrische graafmachines waarvoor diezelfde Develon-machines als basis dienen. De Regt ziet dus beide kanten van de markt: enerzijds de grote fabrikanten die nog altijd maar mondjesmaat elektrische graafmachines produceren, en aan de andere kant de steeds dichter bevolkte markt van ombouwspecialisten. Zijn merk, Develon, heeft nog altijd slechts één volledig elektrische machines in het gamma, en dat is een tweetons minigravertje. Wie iets groters zoekt is aangewezen op diesel. Óf op ETEC, want daar bouwen ze vrijwel elke verkrijgbare machine om naar een elektrische aandrijving.
Concurrentie met Chinese merken en focus op prestaties
‘Het aanbod voor elektrische graafmachines in het zwaardere segment blijft beperkt, maar neemt wel toe’, zet De Regt in zijn kantoor te Waddinxveen. ‘Momenteel zijn er in no-time al veel Chinese 23-tons rupsgraafmachines op de markt gekomen, en meer merken en modellen zullen in rap tempo volgen.’
Waar Chinese merken het qua reputatie moeten afleggen tegen de gevestigde namen in de wereld van bouwmachines, kunnen zij al wel scherpere prijzen hanteren. De Regt krijg dan ook vaak de vraag hoe zij hier als ETEC tegenaan kijken.
‘Ik vind dit alleen maar een positieve ontwikkeling voor de branche. Het zorgt ervoor dat wij niet achterover kunnen leunen. Met ETEC laten we zien dat we, door het introduceren van instapmodellen, zelfs concurrerend kunnen zijn met af-fabriekmodellen uit China. Daarbij behoren onze machines qua machinistencomfort tot de beste in de markt.’ De Regt is ervan overtuigd dat, naast instapmodellen, er wel degelijk vraag zal blijven naar graafmachines die 10 uur of zelfs 12 uur achtereen kunnen blijven werken zonder tussentijds te hoeven bijladen. ‘ETEC blijft zich dus tevens onderscheiden met modellen met een extra grote accucapaciteit, daar waar de meeste merken kiezen voor een accu die net wel, maar meestal niet een hele werkdag presteert. Zo hebben we voor elke klant wat wils.’
Ook wil De Regt alvast een tipje van de sluier oplichten over de toekomst: ‘We werken momenteel hard aan een geheel nieuwe lijn elektrische graafmachines, waarmee we niet alleen op prijs kunnen concurreren met de huidige af-fabriekmachines, maar zeker ook op prestaties. Zo combineren we het beste van twee werelden.’
Waarom machinisten kiezen voor ETEC
De vraag naar ervaren machinisten in de GWW-sector is nog altijd groot. ‘Het merk Develon wordt door aannemers zelfs ingezet om machinisten aan te trekken’, zegt De Regt. ‘Binnen de beroepsgroep staat Develon – en daarmee ook onze eigen ETEC-machines – synoniem voor kwaliteit.’
Die kwaliteit wordt gewaarborgd door het team van ETEC. Met een team van 45 specialisten in Waddinxveen heeft ETEC alles in eigen huis: van de ombouw van elektrisch materieel tot las- en spuitwerk en de montage van randuitrusting. ‘Neem deze zware rupsgraafmachine’, wijst De Regt. ‘De giek en lepelsteel zijn met maar liefst twee meter verlengd. Dat kunnen wij volledig in eigen beheer uitvoeren. We zijn trots op onze kennis en vakmanschap.’
Ook voor kleinere aanpassingen levert ETEC maatwerk. ‘Voor veel machinisten is hun graafmachine een soort heiligdom’, lacht De Regt. ‘En dat begrijp ik maar al te goed. Ze brengen er immers de hele dag in door. Of het nu gaat om extra werklampen op de giek of een specifieke vloerbedekking in de cabine – wij maken het mogelijk. Ook het spuitwerk moet tot in de puntjes verzorgd zijn. Je zou misschien denken dat een kleine lakfout op zo’n grote machine niet opvalt, maar voor veel machinisten is hun machine net zo belangrijk als hun auto. En terecht! Wij leveren immers geen half werk.’
Koudwater(stof)vrees
Het is duidelijk dat ze bij ELM/ETEC trots zijn op hun bedrijf. Sander de Regt benadrukt dat er niet zelfgenoegzaam achterovergeleund wordt. ‘Het bouwen van elektrisch materieel in Waddinxveen is niet voor eeuwig, over vijf jaar ziet de markt er weer anders uit. Daarom gaan wij uit van onze eigen kracht, en zijn we niet bang om te anticiperen.’
Daarom heeft ETEC alvast een begin gemaakt met de ontwikkeling van een mobiel waterstofaggregaat. Deze W-TEC Box werkt met brandstofcellen van Toyota die waterstof omzetten in elektriciteit. Met een maximaal vermogen van 220 tot 330 kW (op klantwens) en een maximale DC-output van 2* 200 kW kan de W-TEC dienst doen als stroomvoorziening én als mobiel snellaadstation voor een compleet machinepark. ‘Je ziet dat er bij het gebruik van waterstof soms nog wat angst voor het onbekende is’, zegt De Regt. ‘Daarom hebben we er allereerst voor gezorgd dat ons waterstofaggregaat aan de allerhoogste veiligheidsnormen voldoet. En dankzij slimme technologie wordt de waterstofleverancier ingeschakeld zodra de voorraad op begint te raken. Daardoor hoeft de gebruiker zich eigenlijk helemaal niet te bemoeien met de levering van waterstof.’
Deze koudwater(stof)vrees is bovendien een kwestie van tijd, voorspelt de Regt. ‘Elektriciteit klinkt nu eenmaal vertrouwd, daarom maken weinig gebruikers zich daar zorgen over op de bouwplaats. Maar het gesleep met al die batterijen brengt in feite een veel groter risico met zich mee. Daar staat niet iedereen bij stil. Mits zorgvuldig behandeld zijn mobiele batterijoplossingen een goed alternatief, maar het is tijdelijk. De branche is een beetje van slag door alle geschuif met subsidies. Bovendien heeft elke gemeente zijn eigen beleid.’ Wie de uiteindelijke oplossing in handen heeft, weet De Regt niet. ‘Wij kijken alvast vooruit naar de toekomst: we moeten samen vooruit. Alleenrecht is niet gezond voor een branche in transitie.’
