D, E, F. Met de toevoeging van een letter achter het getal kon je aan een Cat-rupsgraafmachine altijd direct zien welk model het betrof. Maar in 2018 stopten de Amerikanen met deze logica. Ze kwamen met de Next Generation – in populaire taal Next Gen – en lieten de toevoegingen voortaan voor wat ze zijn. Zo ook de 30-tonner die we vandaag onder de loep nemen. Tot vorig jaar stond hij bij importeur Pon nog in de catalogus als 330F, vanaf begin dit jaar als 330. Lekker tijdloos en modern, precies zoals de Cat 330 ook is.
Tekst gaat door onder de foto
De 330 Next Gen is een machine waar werkelijk alles op en aan zit, letterlijk en figuurlijk een hele dikke rupsgraafmachine.
Cat 330 Next Gen is übercomplete Amerikaan
De Cat 330 Next Gen is een machine waar werkelijk alles op en aan zit. Zware motor, veel hydraulische capaciteit, heel complete cabine, volop elektronica. Een hele dikke rupsgraafmachine dus. Jan Jacob begint zijn kennismaking met Cat met een rondje om de machine. Eerste stop is het deurtje achter de cabine met daarin de massaschakelaar, accu’s, zekeringen, luchtfilter en vetpot voor de centrale smering. Allemaal perfect bereikbaar vanaf de grond. Stop 2: de radiateurs. Ook hier van hetzelfde laken een pak. ‘Zelfs als je niet heel groot bent, kun je overal perfect bij.’
Dat de constructeurs bij Cat met de machinist meedenken, bewijzen ze met een handigheidje op de onderwagen. Twee opstapjes onder de cabine. Eén er recht onder, de ander iets naar voren; zodat je gemakkelijk en veilig op de rups kunt stappen wanneer je op de machine wilt klimmen.
Tekst gaat door onder de foto
Motorolie peilen kan boven bij de motor, maar ook vanaf de grond. Met een ellenlange peilstok.
Opgeruimd en netjes
Stop 3, aan de andere zijde van de Cat 330. Achter de eerste deur gaan de pompen, filters en de brandstofvulslang schuil. Erboven zit het roetfilter. ‘Dit is wel heel erg opgeruimd zeg’, concludeert Jan Jacob. ‘Slechts een paar hydrauliekslangen, omdat de aansturing van de hydrauliek elektronisch is.’ Ook hier weer handigheidjes van de Cat-constructeurs. Allereerst de peilstok voor de motorolie. Om het niveau te peilen hoef je niet op de machine te klauteren, maar trek je de – weliswaar ellenlange – peilstok uit de motor. ‘Voor de dagelijkse controle heb je bovenop de machine dus helemaal niets meer te zoeken.’ Nog een handigheidje: het brandstoffilter waarbij je niet het complete filter hoeft te vervangen, maar alleen de binnenunit.
Vloeistofmonsters nemen
De lijst handigheidjes wordt nog langer, met de diverse gekleurde doppen. Jan Jacob: ‘Er zitten koppelingen achter waarmee je heel snel vloeistof kunt aanvullen of aftappen. Daarnaast kun je er monsters uit trekken. Bij de machine wordt een speciaal koffertje met monsterflesjes geleverd. Met een speciaal verloopje plaats je deze op de koppelingen en trek je een monster van de vloeistof. Dat stuur je op, waarna Cat het onderzoekt op verontreinigingen. Zo neem je heel snel en gemakkelijk zuivere monsters.’ Voordat Jan Jacob de deur sluit, wijst hij nog even op het peilglas van de hydrauliektank en klopt op het metaal erachter. ‘Dit is de tank met hydrauliekolie. Kijk eens hoe klein!’
Tekst gaat door onder de foto
Het instrumentarium is degelijk, duidelijk en absoluut niet overdone.
Cabine is van alle gemakken voorzien
Finale stop is de cabine die rondom een flink verbeterd zicht biedt. In een paar passen staat Jan Jacob op de treeplank. De instap is ontzettend ruim, binnen ademt alles luxe. Een stoel – of beter gezegd zetel – met luchtvering en stoelverwarming, airconditioning, glas van boven tot onder, mooie kunststoffen, volop ruimte áchter de stoel. Jan Jacob brengt de machine met de startknop tot leven. De sleutel kan in de tas blijven.
Centraal in de bediening van de Cat 330 staan de elektronische joysticks – het ventielenblok wordt niet aangestuurd via dunne olieslangetjes, maar met stroomdraadjes – en een display dat sterk doet denken aan het scherm dat je ook in een Tesla vindt. Rechts naast de stoel langs het raam bevindt zich een handvol knoppen, maar de bediening van de machine gaat grotendeels via het touchscreen. ‘Je kunt er de beelden van de camera’s op projecteren, drie graafstanden – eco, smart en power – op instellen, de graafautomaat mee bedienen, de info over aanbouwdelen in opslaan en oproepen, 3D GPS op draaien en heel precies het gewicht bijhouden dat je in een vrachtwagen kiept. Bedenk het en je organiseert het met het scherm. Ideaal!’
Uitgebreid is ook de fijn in de hand liggende joystick. ‘Daar wijs je via het scherm functies aan toe: de radio muten, de ruitenwisser aanzetten en met lang vasthouden de ruiten sproeien, maar ook de besturing van de machine mee overnemen.’
Tekst gaat door onder de foto
Het digitale hart van de machine is dit scherm. Sterk punt is dat je via het display heel veel eigen voorkeuren kunt instellen.
Krachtige ervaring
Jan Jacob trekt de gashendel van de zescilinder 7-liter diesel open en zet de giek van de 30-tonner in beweging. De kracht spat er gelijk vanaf, in de normale stand en helemaal in de powerstand. ‘Als ik de bak in de grond zet, ramt hij hem zo vol. Maar smoren doet hij geen moment, je voelt gewoon dat hij aan de machine trekt en capaciteit over heeft. Die 273 pk en 560 liter olie per minuut brengen de boodschap wel over.’ Jan Jacob werkt een stuk af in de eco-stand. De cilinders volgen de elektronische aanwijzingen van de joysticks héél precies. Een instemmende knik volgt. ‘Bij steeds meer machines kun je de cilinders helemaal naar eigen wens instellen. Daar is wat voor te zeggen. Maar gaat de gemiddelde machinist die instellingen gebruiken? Cat houdt het simpel met drie krachtstanden. Ik vind ze prima voldoen.’
Tekst gaat door onder de foto
Het radiateurenpakket; overzichtelijk en met een verwijderbaar rooster dat de grove vervuilingen afvangt.
Hulpfuncties
Specificaties Cat 330
Motor: zescilinder, 273 pk, Stage V
Hydrauliek: 2 pompen, 560 l/min opbrengst, 380 bar bedrijfsdruk
Bedrijfsgewicht: 30.900 kg
Uitbreekkracht: 248 Nm
Max. hellingshoek rijwerk: 35 graden
Waar Jan Jacob benieuwd naar is, zijn de verschillende hulpfuncties die standaard op de machine zitten. Hij test de graafhulp en aansluitend ook de laadhulp. De systemen zijn uiterst precies. De graafhulp zegt op de centimeter nauwkeurig waar het mes moet staan. De laadhulp laadt de vrachtwagen op een paar kilogram nauwkeurig af. Over- én onderbelading zijn snel en goedkoop probleem-áf.
Na een dik half uur schakelt Jan Jacob de 330 uit. De deur gaat open, een lach van oor tot oor verschijnt. ‘Wat zit er standaard onvoorstelbaar veel op deze machine. Wat een techniek. Als je me vijf jaar geleden had verteld dit ik vandaag op zo’n machine zou draaien, had ik je voor gek verklaard.’
Dit artikel is gesponsord door Pon Equipment.
Zie HIER het BouwMachines Merkdossier over Caterpillar.